Schouderklachten en Crossfit

door | 24 januari 2022 | blog

Risicofactoren van schouderklachten en blessurepreventie

Het schoudergewricht is een prachtig stukje techniek en heeft de meeste mobiliteit van alle gewrichten in het menselijk lichaam. Met die mobiliteit komt echter ook meer verantwoordelijkheid. Doordat de mobiliteit groot is, moet namelijk ook de stabiliteit goed zijn, waardoor er een groter risico is op blessures. Schouderklachten behoren dan ook tot de meest voorkomende blessures bij crossfit.

In tegenstelling tot wat veel mensen denken, bestaat de schouder niet uit één gewricht, maar uit een complex van meerdere gewrichten, botstukken, kapsels/banden en spieren die allemaal samen moeten werken voor een optimale beweging en prestatie.

Een kort lesje anatomie

Het schoudergewricht bestaat uit vier gewrichten:

  • Glenohumerale gewricht (GH): bestaat uit de kop van de bovenarm en een kom die aan het schouderblad vast zit.
  • Acromioclaviculair gewricht (AC): bestaat uit het schouderdak (acromion) en het sleutelbeen (clavicula).
  • Sternoclaviculair gewricht (SC): bestaat uit het borstbeen (sternum) en het sleutelbeen (clavicula).
  • Scapulotharacale gewricht (ST): Dit is officieel geen gewricht. De schuivende werking van het schouderblad (scapula) over de borstkast (thorax) is erg belangrijk voor de functie van de schouder.

Het glenohumerale gewricht is het kwetsbaarst voor blessures, doordat het voor stevigheid bijna geheel afhankelijk is van niet-benige verbindingen. Waar bijvoorbeeld de heup zijn stevigheid haalt uit een diepe kom waar de kop van het bovenbeen in zit, moet de schouder zijn stevigheid halen uit spieren, banden/kapsels en het labrum.

Het labrum is een ring die op de rand van de kom in de schouder zit en voorkomt dat de kop van de bovenarm te ver verschuift vanaf het centrum van de kom.

Risico factoren en beloop van schouderklachten

Uit onderzoek naar blessures onder Nederlandse crossfitters komt naar voren dat schouderklachten (28,7%) de meest voorkomende blessure zijn, gevolgd door lage rugklachten (15,8%) en knieklachten (8,3%) (Mehrab 2017). Amerikaans onderzoek laat zien dat 20,7% van de geblesseerde sporters bij crossfit kampt met schouderklachten (Alekseyev 2020).

Voorkomen is beter dan genezen, dus is het handig om te weten waardoor je als sporter een grotere kans hebt op het ontwikkelen van een schouderklacht.
Het klinkt misschien logisch, maar een atleet die meer dan elf uur per week traint heeft een grotere kans op blessures dan een atleet die tien uur of minder traint. Atleten met meer dan drie jaar crossfit-ervaring hebben een 3,3x groter risico dan iemand met minder dan twee jaar ervaring (Alekseyev 2020). Er is geen wetenschappelijk verklaring, maar de onderzoekers hebben wel een idee wat dit verschil zou kunnen verklaren. Als een beginnende crossfitter start je bij de meeste boxen namelijk met een techniekprogramma. Ook word je méér en vaker begeleid en gecorrigeerd door je trainers. Een meer betrokken en intensievere begeleiding draagt dan ook bij aan het verminderen van blessures (Wiesenthal 2014). Daarnaast is het risico op overbelasting groter bij meer trainingsuren (Asker 2017).

Olympisch liften wordt gezien als de grootste oorzaak van schouderklachten bij Crossfit. Een slechte houding en gebrekkige uitvoering veroorzaken de klachten. Het wordt een risico wanneer je de rug te hol trekt of juist niet strekt. Het gevolg is dat de schouders overstrekken, naar binnen gedraaid komen te staan en naar buiten worden geduwd (Alekseyev 2020).

Voortbordurend op de slechte houding wordt ook een beperkte mobiliteit gezien als mogelijke risico factor (Asker 2017) die de kans vergroot dat je schouderklachten ontwikkelt.

Welke schouderblessures zijn er?

De richtlijn voor huisartsen onderscheidt drie soorten schouderklachten:

  • SAPS (subacromiaal pijnsyndroom): Inklemmingsklachten tijdens het zijwaarts heffen van de arm.
  • Glenohumerale gewrichtsklachten: Frozenshoulder of artrose (slijtage).
  • Overige schouderklachten: Instabiliteit, AC of SC klachten, nekklachten met bijkomende schouderklachten.

Als je eenmaal last hebt van schouderklachten kan het lang duren voordat je er weer vanaf komt. Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) beschrijft een beloop waarbij 30% van de patiënten na zes weken klachtenvrij is, 50% na zes maanden en 60% van de mensen met klachten na een jaar pijnvrij is (NHG-Standaard Schouderklachten).

Fysiotherapie, rekken en kracht– en mobiliteitsoefeningen kunnen het herstelproces versnellen.

Mocht je schouderklachten hebben en wil je weten wat er aan de hand is en wat je kan doen om er vanaf te komen, neem dan contact op via de site of mail naar feiko@westendorpfysiotherapie.nl.